AOV wordt verplicht: wat kan je verwachten?

Vooralsnog ben je als ondernemer niet verplicht om een arbeidsongeschiktheidsverzekering (AOV) a te sluiten, maar hier komt in de toekomst verandering in. Zoals het nu lijkt, wordt het met ingang van 2027 bij wet verplicht voor zelfstandig ondernemers om een AOV af te sluiten. Ben je momenteel nog niet verzekerd tegen arbeidsongeschiktheid? Dan kunnen wij ons voorstellen dat dit vragen oproept. Daarom leggen we je in deze tekst zo goed mogelijk uit wat je kan verwachten van de verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering.

Wie voert de verplichte AOV uit?

Door een arbeidsongeschiktheidsverzekering verplicht te stellen voor zelfstandigen, worden alle werkenden straks beschermd tegen arbeidsongeschiktheid en ziekte. De verplichting heeft niet alleen betrekking op zzp’ers, maar geldt ook voor ondernemers met personeel, meewerkende echtgenoten, DGA’s en vrij beroepsbeoefenaren. Het UWV is straks verantwoordelijk voor de uitvoering. Deze instantie zal ook het geld uitkeren aan een ondernemer die arbeidsongeschikt is en een verplichte AOV heeft.

Hoogte van de uitkering

Het voordeel van een verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering is dat je verzekerd bent van inkomen als je arbeidsongeschikt raakt. Maar hoeveel keert het UWV maandelijks uit als je niet kunt werken? Dat hangt vooral af van je laatstverdiende inkomen. Hier wordt 70 procent van genomen en dat ontvang je maandelijks op je rekening. Wel moeten we hierbij een kleine kanttekening maken, want de uitkering van een verplichte AOV ligt nooit hoger dan 100 procent van het minimumloon.

Hoeveel premie betaal je?

Of je het nu leuk vindt of niet, je moet premie betalen voor een verplichte AOV. Hoeveel je per maand betaalt, hangt af van je inkomen. Zoals het er nu uitziet, ga je ongeveer 8 procent premie betalen voor de arbeidsongeschiktheidsverzekering van het UWV. Er geldt overigens een maximum van 220 euro bruto per maand. De Belastingdienst zal de premie innen.

Looptijd

Heb je nu nog een broodfonds verzekering? Dan krijg je maximaal twee jaar een schenking. Als je langer arbeidsongeschikt bent, moet je het zelf zien te redden. Om dit te voorkomen, kun je een AOV afsluiten als aanvulling op het broodfonds. Met de verplichte AOV is dit niet langer nodig, want deze loopt tot de AOW-leeftijd.

AOV via verzekeraar

In plaats van een verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering via het UWV kun je zelf ook een AOV afsluiten bij een verzekeraar. In vergelijking met een verplichte AOV verzekering heeft dit wat meer voeten in de aarde. Zo moet je bijvoorbeeld een gezondheidsverklaring invullen voor acceptatie, iets wat bij de verzekering via het UWV niet het geval is.

Ondanks dat het je meer tijd en moeite kost, kan het interessanter zijn om een AOV af te sluiten via een verzekeraar. De maandelijkse uitkering kan hier namelijk (een stuk) hoger liggen. Bij verzekeraars kun je vaak maximaal 90 procent verzekeren van het inkomen dat je in de laatste drie kalenderjaren verdiende. Daarnaast bepaal je zelf de wachttijd van je arbeidsongeschiktheidsverzekering. Deze kan variëren van 30 dagen tot 2 jaar. Kies je voor de verplichte AOV? Dan moet je standaard een jaar wachten voordat je de eerste uitkering krijgt bij arbeidsongeschiktheid.